Lijstduwer van de VVD Zuidplas, Tamara van Ark, had vorige week meer verwacht van de verkiezingen in haar woonplaats. “Na afloop bleek dat ik maar 125 voorkeursstemmen had. Ben ik daar nou helemaal staatssecretaris voor geworden? Weet je hoeveel moeite het heeft gekost die positie te bereiken?”
Van Ark heeft een week nodig gehad om haar ware gevoel over de uitslag een plekje te geven. “Natuurlijk, op de avond zelf deed ik of ik blij was dat mijn partij wederom de grootste was geworden in Zuidplas. Maar diep van binnen knaagde dat getal van 125 wel aan me. Het heeft me heel wat potten thee en stapels Libelles gekost om die tegenvaller te verwerken,” verklapt ze.
“Ik had gewoon verwacht dat toetreding tot het Kabinet der Nederlanden wel goed zou zijn voor minstens 126 voorkeursstemmen. Als dat er dan maar 125 worden, ja, dan is dat even slikken. Wat moet ik dan helemaal doen om meer stemmen te krijgen? Koningin worden? Een gouden Olympische medaille? Een Nobelprijs?”
Van Ark vond vooral veel troost bij haar dochters. “Manon en Amber zeiden: ‘Mam, stel je niet zo aan. Toen je het in 2014 nog maar had geschopt tot Tweede Kamerlid, kreeg je als lijsttrekker 93 voorkeursstemmen. Dan heb je er nu toch mooi 32 meer!’ Kijk, die nuchterheid bevalt me wel.”